Jiddisch

De Jiddische fiets

In het Jiddisch bestaan verschillende woorden voor ‘fiets’:

         ביציקל   bitsikl
וועלאָסיפּעד   velosiped (als in het Russisch en Oekraïens: велосипед)
         ראָווער   rover      (als in het Pools: rower, het Oekraïens: ро́вер, het Wit-Russisch: ровар).

Het Jiddisch heeft het woord rover overgenomen van het Pools.

Het woord is terug te voeren op de naam van de eerste ‘veiligheidsfiets’ van het bedrijf Starley & Sutton Co. (opgericht in 1878) in Coventry, dat fietsen maakte. Het eerste model van deze veiligheidsfiets is van 1884 en ontwikkeld door John Kemp Starley (1854-1901) en William Sutton. De echte doorbraak kwam met het tweede model in 1885. De “Rover” Safety Bicycle verschilt niet wezenlijk van de moderne fiets, met achterwielaandrijving en wielen die niet enorm in diameter verschillen (zoals de ‘hoge bi’). Daardoor was deze fiets veel veiliger. Vanaf 1888 waren het voorwiel en het achterwiel even groot.

Advertentie uit 1885

J.K. Starley op een model uit 1886

It’s important to stress that J.K. Starley did not invent the Safety bicycle, nor did he name the category nor did he come up with the name Rover (that was his employee George Franks, a retired diamond merchant). Aldus Carlton Reid, ‘Coventry Urged To Mark House Where J.K. Starley Developed World’s First Modern Bicycle’, Forbes, 17 augustus 2020.

In 1889 veranderde de bedrijfsnaam in J. K. Starley & Co. Ltd.

In de late jaren negentig van de negentiende eeuw veranderde de bedrijfsnaam weer. Het werd de Rover Cycle Company Ltd. Het bedrijf maakte nu ook motorfietsen, zoals de Rover Imperial motorcycle (1902). In 1904 veranderde de naam van het bedrijf in Rover Company. Het produceerde nu ook auto’s, zoals de tweezitter Rover Eight (1904). En later behalve de Rovers ook de Land Rovers.

Zo kunnen dus de Jiddische fiets, de automerken Rover en Land Rover en het automodel Range Rover allemaal worden herleid naar George Franks, die in 1884 de naam Rover (‘zwerver’) bedacht voor een fiets.

De rover is niet opgenomen in het Woordenboek der Nederlandsche Taal. Maar dat de merknaam wel degelijk doordrong in het Nederlands, blijkt uit het lemma ‘Rijwiel’ in de Winkler Prins’ Geïllustreerde Encyclopaedie van 1911. Na de ‘hoge bi’, hier ‘hoog rijwiel’ genoemd, volgen de heerenrover (toermachine), de damesrover, de tandem en – revolutionair! – de rover voor heer of dame.